Tastbaar Netvlies

De Morgen   Woensdag 1 juli 1998
KUNSTGREPEN
Lierse Voorkamer verwent netvlies

De tentoonstellingsruimte ‘Voorkamer’ in Lier is een van de zeldzame niet gesubsidieerde plaatsen waar alles in het werk wordt gesteld om de kunstenaar in de beste omstandigheden te laten werken. Momenteel is bij ‘Voorkamer’ een ruimte vullende installatie te zien van de Nederlander Peter Schoutsen (1959), die ook al tot de selectie behoorde van de vorig jaar in Lier georganiseerde zomertentoonstelling.
In de expositie met de aanstekelijke titel Tastbaar Netvlies laat de kunstenaar op een subtiele manier lichtbeelden samenvallen met allerlei goed gekozen en gepositioneerde objecten. De kleine ruimte is bedekt met grind, waardoor men als het ware schoorvoetend, vanwege het knerpende grind, de ruimte betreedt. Onmiddellijk wordt de beschouwer geconfronteerd met een muurvullend diabeeld met de afbeelding van een verwaarloosde binnenkoer. Het is een Russisch beeld dat associaties wekt met gevangenis, terreur en erger. Deze connotatie wordt verhevigd door de aanwezigheid van twee aan het plafond bevestigde gymtouwen die als schaduw op het diabeeld hun onschuld helemaal verliezen.
Hiernaast monteerde Peter Schoutsen een lichtbak met een sterk vervreemdende afbeelding van dakpannen die doelloos aan draden bengelen. Schoutsen schiep in dit deel van de ruimte een sterk tot de verbeelding sprekende visuele samenhang waarin juist de afwezigheid van de mens de impliciete onuitgesproken dreiging des te meer laat aanvoelen.
Deze Tentoonstelling bezoekt men best bij valavond; om de eenvoudige reden dat Schoutsen perfect de overgang tussen dag en nacht evoceert via een diaprojectie op het straatvenster van de ruimte. Een vaalblauw beeld dat een waterval suggereert wordt verstoord door de speelse vormpjes van een mobile die, in de lichtbundel van de projector, vreemde schaduwen vermengt met het geciteerde beeld. Vanaf de straat levert dat een poëtisch beeld op, dat weliswaar doet denken aan vroeger werk van de Franse kunstenaar Christian Boltanski.
In een hoekje van de ruimte is nog meer moois te zien. Een gewone (camping)voetpomp is verbonden met een klein, diepbruin rubberen huisje. Een bijbehorende videoprojectie op klein formaat, die Schoutsen perfect wist te plaatsen achter een strook melkglas, laat de toeschouwer het aandoenlijke beeld zien van een huis met een hartslag. In dit hoekje van de ‘Voorkamer’ weet Schoutsen voortreffelijk in te spelen op de gegeven ruimte, op een manier die de toeschouwer niet onberoerd laat.


                                                       Luk Lambrecht

Felix Happark

VERDRONKEN HERINNERING - LEVENDE HERINNERING

Peter Schoutsen gaat met zijn werk in op de manier waarop de geschiedenis en de herinnering aanwezig zijn in de actuele ervaring van het park. ‘Verdronken herinnering’ is een quasi-letterlijke verbeelding van ‘bezonken herinnering’. Het is een onzichtbaar werk, dat enkel door een actieve ingreep van de bezoeker tevoorschijn komt. Tegen de rand van de vijver staan op een houten vlonder vijf luchtpompen. Als je je laat verleiden om ze te bedienen zie je her en der, in heel verschillende patronen, luchtbellen opstijgen van onder water. Wat verborgen ligt onder de waterspiegel komt onverwacht terug boven.
‘Levende herinnering’ bestaat uit een groot doek dat als picknicklaken rondzwerft in de tuin. Op het laken is een opname van een grasveld op ware grootte afgedrukt. De afdruk is vergeeld, behalve op die plekken waar jaartallen zich duidelijk aftekenen in de grasmat. De jaartallen gaan van 2003 terug tot de eerste historische vermelding van het park in de zestiende eeuw. Als zodanig is het laken een ‘volledige’ geschiedschrijving, maar achter de jaartallen staat niets. Verschillende gedachtengangen over geschiedenis lopen hier tegelijk door elkaar. Er is het vreemde contrast tussen de zwaarte van het archiveren en de lichtheid en verplaatsbaarheid van het laken. Het beeld is ook een reflectie op de paradox dat een levend voortdurend veranderlijk organisme als de natuur geconserveerd en gesacraliseerd wordt als monument. Hoe en wanneer leg je dat moment vast ? Hier speelt het beeld van de foto een rol: de foto van de grasmat legt een moment vast, dat bijna op het moment zelf van de afdruk van het foto-toestel al verouderd is. Elke fixatie is daarom altijd ook dadelijk een vervalsing. Het meest ironische aspect van het werk is misschien wel dat het doek in ‘toile cirée’ zijn eigen geschiedenis daadwerkelijk produceert. Door de grasmat te verstikken produceert het zijn eigen sporen in het gras. Maar ook die zijn slechts tijdelijk. Als het laken verdwijnt herstelt het gras zich. Ook die geschiedenis van de natuur is uiteindelijk spoorloos.


                                                       Pieter T’Jonck   2004

De dorstigen laven

DORSTENDEN LAVEN

Schoutsen kiest voor een citaat uit eigen werk: Fructus temporis (1995). Op een plein in Goes hing hij in een kastanjeboom de uit een andere tronk gezaagde houtschijven. Een door z'n functieveranderingen typisch Schoutsen beeld: de natuur wordt kunst en de kunst imiteert de natuur, doordat de schijven in de boom hangen als vruchten. De jaarringen maken bovendien het abstracte begrip tijd concreet: leven dat bij het klimmen der jaren vrucht draagt. In Kortenhoef worden deze schijven opnieuw gebruikt. Vanaf de eerste verdieping in de toren kun je staande op een klein trapje op de zolder kijken, die zich boven het ronde gewelf van het schip van de kerk bevindt. De boomschijven zijn in deze schemerig verlichte ruimte opgehangen, zoals Parma-ham droogt tegen de zoldering. Het langzame geluid van druppelend water benadrukt de stilte. De dorst wordt enorm geïntensiveerd.

                                                       Henk Abma   1998

SPECCHIO

LO SPECCHIO

's Nachts zenden satellietstations zogenaamde productpresentaties uit op televisie. 'Nuttige' produkten als nageldrogers, bananensnijders en elektrische messen worden hierin ongegeneerd aan de man gebracht.
Peter Schoutsen is gefascineerd door produkten, niet de produkten zelf, maar vooral het 'nut' van veel gebruiksvoorwerpen waarmee de mens zich omringt intrigeren hem. Schoutsen doet zelf ook aan produkt-ontwikkeling en presentatie. Hij koppelt het alledaagse gebruiksvoorwerp los van zijn originele functie door zijn eigen produkten samen te stellen uit onderdelen van verschillende voorwerpen: een verfroller is geen verfroller meer maar wordt, in combinatie met een zwanenhals en een vitrinekastje, een nieuw industrieel produkt.
In de installatie 'Lo Specchio' worden de vitrines niet gebruikt om de voorwerpen te tonen, maar maken ze zelf wezenlijk onderdeel uit van deze nieuwe industriële voorwerpen. Bij ieder produkt voor deze installatie zocht Schoutsen een passende menselijke organische vorm zoals een hand, gezicht of oren. De abstracte beelden die waren ontstaan door samenstelling uit verschillende voorwerpen lijken door deze toevoeging opnieuw een 'functie' te krijgen. Door de combinatie met de verschillende lichaamsdelen wekken ze de indruk van protheses.
Met 'Lo Specchio' laat Schoutsen zien dat niet alleen de prothese, maar alle gebruiksvoorwerpen werken als een spiegel van het menselijk lichaam.

                                                       Sandra Parry   1993